Page:Tijdschrift voor Indische Taal- Land- en Volkenkunde, LIII.pdf/237

From Wikisource
Jump to navigation Jump to search
This page has not been proofread.
212

Lama-lama, nĕgri-nĕgri jang roesak, soedah baik lagi sapĕrti doeloe.

Dan volgt een fantastisch verhaal omtrent Praboe Soesoek toenggal's zoon, Angga larang, die hem, nadat de vader te Sindang kasih, aan de zuidkust, ten hemel gevaren is, als vorst over Soenda opvolgt.