Page:001 A-J front.pdf/3

From Wikisource
Jump to navigation Jump to search
This page has not been proofread.

iii

VOORREDE.


Het is wellicht niet genoegzaam bekend dat er sedert eenigen tijd een nuttig en nog al moeitevol werk door een onzer ijverige en ondernemende landgenoten werd aangevangen. De heer Christoffel Coetzee de Villiers, van Het Volksblad kantoor, heeft, gelijk het reeds gebleken is, met goed gevolg nagegaan de stam- en geslacht-registers der eerste en oude ingezetenen dezer kolonie, waaronder ook al de Hugenoten. Hij heeft zich niet alleen de moeite getroost van al de oude kerk-registers van 1665 na te sporen, maar heeft zich van elke gelegenheid bediend om in het bezit van informatie hieromtrent te komen. De koloniale archieven werden daarbij geraadpleegd, zoodat met vergelijking van dergelijke stukken een nauwkeurige opgave word verkregen. Indien hem behoorlijke ondersteuning, hetzij door algemeene inteekening of andere substantiële tegemoetkoming, wordt gegeven, kan hij de vrucht van zijn onvermoeiden en volhardenden arbeid behoorlijk in het licht geven, en menige oude Afrikaansche familie, in al hare vertakkingen daardoor aan de vergetelheid ontrukt, in waarde doen rijzen. Door zoodanigen arbeid aan te moedigen zullen wij veel ter bevordering van waar patriotisme kunnen bijdragen, en zal er onder ons, gelijk in andere beschaafde landen der wereld, meerdere waardeering van oude familie herinneringen en niet weinig ridderlijk gevoel getoond worden. Het gevaar van met het goede oude geheel te breken, wordt er door grootelijks voorkomen, en het nieuwe van het koloniale leven door hechte banden van een gezond verleden voor vele radicale ontaardingen bewaard, hoe ligt er in den regel ook over gedacht moge worden. - Kerkbode, 27 Juni, 1884.


De heer Christoffel Coetzee de Villiers doet een uiterst nuttig werk voor de Kolonie met de archieven en andere stukken na te gaan, ten einde licht over de afkomst en ge-schiedenis der oude Kaapsche geslachten te verspreiden. Hoe meer dit door de families zelve op prijs wordt gesteld, des te eer kan mens verwachten dat ook tot toelichting van de geschiedenis der Zuid Afrikaansche kolonisatie zijn arbeid op den duur vruchtbaar gemaakt kan worden. - Zuid Afrikaan, 28 Juni, 1884.


Met betrekking tot voorgaande dient tot algemeen naricht dat het compileeren van geslachtregisters door mij begonnen omtrent twee-en-een half jaar geleden nu in zooverre gevorderd is dat ik de afkomst van iederen afstammeling der oude Kaapsche families meen te kunnen nasporen, mits men zijne ouders en grootouders kan opgeven. Aanvankelijk bepaalde ik mij alleen bij mijne stamgenooten en hunne aanverwanten, doch ik vond al spoedig dat deze laatsten zoo zeer aangroeiden dat ik besloot om mijn werk meer algemeen te maken, en mij met alle bekende oude familiën bezig te houden. Ik meende hierdoor aan de groote meerderheid mijner landgenooten geen ondienst te zulle bewijzen.

Het is natuurlijk niet mijn doel om te compilatie tot op den tegenwoordigen tijd te brengen, maar wel tot ongeveer vijftig of zestig jaren geleden. De tegenwoordige geslachten zulle dn daarin hunne ouders of grootouders kunne vinden en kunnen het geslachts- register alzoo zelve aanvullen.