Weer komt een handelaar de vorst iets moois aanbieden, ditmaal een vrouw, geprijsd op 5000 daalders. De prijs is hoog, maar voor dit geval niet té hoog meent de vorst; maar — een kleine moeite Aphé even te horen. En Aphé oordeelt: Was de vrouw zonder gebreken, zij zou meer dan dubbel zoveel mogen kosten!
Wat gebrek zou zij hebben? vraagt de handelaar. Ziet, zij vertoont de zeven schoonheden! Heeft zij enig gebrek, dan laat ik haar u om niet!
Nu onthult Aphé, dat, toen de vrouw drie dagen oud was, zij haar moeder verloor. Zij werd toen verder gezoogd door een lichtekooi, en die was haar ook later blijven verzorgen. Maar daarmee was meteen de toekomst van het meisje ongunstig bepaald: dit was nu voorbeschikt een veile deern te worden.
De jonge vrouw bevestigt Aphé’s verklaringen, en de handelaar gaat heen, met veel zorgen en zonder geld, en met achterlating van de schone.
Maar had onlangs Aphé geen lelijke dingen gezegd over ’s vorsten afkomst?
Daarvoor verdient hij te worden gedood! Dus trekt de vorst zijn zwaard, en sommeert Aphé nu eens alles van die afkomst te vertellen. Aphé antwoordt, dat de vorst daar beter naar kan informeren bij zijn mama. En die moeder, als haar het mes letterlijk op de keel wordt gezet, onthult, dat haar huwelijk niet zo gelukkig is geweest. Na een halve nacht bij haar te hebben doorgebracht, was de vorstelijke gemaal heengegaan, om nooit meer terug te komen. Maar een sirih-zak had hij achtergelaten, en om die op te halen zond hij een bileué (bilal) die een adonis was. Met die bilal had de koningin toen vriendschap gesloten, en dat had gevolgen gehad: zij was zwanger geworden en had een zoon gekregen: de zoon die nu vorst is en naar zijn afkomst vraagt. Verklaard is nu ook, waarom Aphé steeds op halve apam-koeken wordt onthaald: ’t behoort tot de taak des bilal’s om bij zekere festiviteiten apam-koeken te serveren, na die te hebben doorgesneden.
De vorst verzoekt Aphé de zaak geheim te houden, en zij verkeren voortaan als broeders: Aphé de oudere, de radja de jongere.
C
Nu de derde versie: de „Hikajat Kisah Oelat”, te voeten uit en met vertaling als beloofd.